Regionale Energie Strategie en Windpark Midden Betuwe

In de raadsvergadering van dinsdag 25 mei jl. is de Regionale Energie Strategie (RES 1.0) unaniem aangenomen door de raad waardoor de ingezette koers om in 2050 energieneutraal te worden een stap dichterbij is gekomen. GBO is van mening dat deelnemen aan zonne- en windenergie van essentieel belang is om de klimaatdoelstellingen te behalen. GBO komt op voor de lokale belangen. De inwoners van Overbetuwe staan op de eerste plaats. Wij zijn groot voorstander van het plaatsen van windmolens maar alleen met brede steun van omwonenden. GBO hecht veel waarde aan het juist doorlopen van het participatieproces waar inwoners, ondernemers en initiatiefnemers samen tot een project met een gemeenschappelijk doel komen. Dat is, wat GBO betreft, de basis van inwonersparticipatie.

GBO vertrouwt erop, dat het college de plannen ook als zodanig zullen uitvoeren.

In dezelfde vergadering heeft op voorstel van een drietal oppositiepartijen, BOB, GroenLinks en PvdA, een interpellatie debat plaatsgevonden over het voornemen om te komen tot aanleg van een windmolenpark (Windpark Midden Betuwe) aan de westgrens van onze gemeente. We hebben als raad het college de opdracht gegeven om de energietransitie vorm te geven. De Omgevingsvisie Overbetuwe 2040, die op 1 oktober 2019 door de gemeenteraad is vastgesteld, geeft een integrale en toekomstbestendige koers aan voor de leefomgeving in Overbetuwe waaronder te werken aan de energietransitie. Hierbij wordt de zone rondom de A15 en de Betuweroute gezien als locatie voor grootschalige energieopwekking waar in verschillende projecten ruim 500 TJ aan duurzame stroom gaat worden opgewekt.

Op basis van deze beleidskaders hebben de initiatiefnemers een initiatief (Windpark Midden Betuwe) ingediend en hebben de beide gemeenten Overbetuwe en Neder-Betuwe een intentieovereenkomst afgesloten waarbij een haalbaarheidsonderzoek wordt uitgevoerd om te komen tot een aanvaardbaar plan. Dat betekent dat het plan ruimtelijk, maatschappelijk, kwalitatief en financieel aanvaardbaar is. Daarbij is nadrukkelijk niets vastgelegd over het aantal, de hoogte en de positie van de windmolens. De intentieovereenkomst is pas een eerste stap in het proces en geeft aan wie het onderzoek uitvoert en wie voor welke kosten verantwoordelijk is.

Door de drie partijen in de raad zijn een vijftal kritische vragen aan het college gesteld. Verantwoordelijk wethouder, Dimitri Horshuis-Tangelder, heeft de vragen namens het college beantwoord en nogmaals bekrachtigd dat er in de overeenkomst niets was vastgelegd over het aantal, de hoogte en de positie van de windmolens. Er is die avond een motie unaniem aangenomen om naar de initiatiefnemers en het bewonersplatform schriftelijk te bevestigen dat er in de intentieovereenkomst niets is vastgelegd over het aantal, de hoogte en de positie van de windmolens zoals de wethouder reeds in het debat had onderbouwd.
Onze fractie heeft van meet af aan grote moeite gehad met het vragen om een interpellatiedebat, omdat dit in de gemeentewet als een zwaar controle instrument van de raad wordt aangemerkt en de vragen ook middels het vraagrecht hadden kunnen worden gesteld.

Veel commotie aan de voorkant, terwijl het geen debat was, maar puur het stellen en beantwoorden van vragen. De wethouder benadrukte in zijn beantwoording nogmaals dat hij staat voor transparantie en het zoeken van een optimaal draagvlak bij onze inwoners en andere partijen. Hij spreekt wederom uit, dat de raad het besluitvormende orgaan in deze is. Wij zijn als fractie blij met de beantwoording en hopen, dat partijen zich in de toekomst aan de voorkant de vraag stellen of een dergelijk debat nodig is of dat er ook andere wegen zijn om te horen wat er speelt.

Contactpersoon:

  • Henk Vreman

    Fractievoorzitter

    Elst

    Huisvesting – migratie – integratie